Kom maar, kipjes!
Klaartje en haar papa hebben allebei een weitje. In dat van Klaartje lopen tien kippen en in dat van papa woont een geitje. Ze vinden allebei hun eigen dieren het leukst. Op een dag komt er een storm aan en moeten de dieren in hun hok. Maar Klaartje vindt zo’n hok niet veilig genoeg. Ze smokkelt haar tien kippen het huis in. Ze slaagt er goed in hen verborgen te houden maar wanneer ze in de badkamer haar tanden poetst, loopt het mis. Papa ontdekt de kippen. Maar hij kan niet boos worden op Klaartje want hij heeft zelf ook een geheim.
Dierenliefde is iets speciaals. Dat tonen Klaartje en haar papa in dit prentenboek want allebei hebben ze medelijden met hun dieren die tijdens een storm in hun hok zouden moeten zitten. Een grappige insteek, die ook in de illustraties terug te vinden is. Vooral in de grote illustraties waarin de tien kippen zich in volle zicht verstoppen in de woonkamer. Of moeten vluchten in de gang. Ook hoe ze de badkamer op stelten zetten en zo zichzelf verraden. Er valt dus heel wat te ontdekken in deze illustraties wanneer je al de kippen wil terugvinden.
De tekst is op rijm en leest prettig voor. Ze ondersteunen de illustraties en versterken de dreiging van het in huis ontdekken van de kippen. Maar de verrassende afsluiter versterkt de humor van het geheel.
Een grappig prentenboek over in huis schuilen voor een storm.
Mik Ghys - juni 2025