Vannacht is Lotje jarig. Ze wil dolgraag een taart toveren maar het lukt haar niet. Ze gaat even naar het heksendorp om er een te kopen. Als ze terug thuiskomt kan ze Poes nergens meer vinden.
"Tien stoute katjes liepen in de regen. Een werd er snipverkouden van, toen waren er nog ... negen."En zo telt het boek verder af tot er nog één stout katje overblijft.
Mama en papa Gorilla leggen hun drie kleintjes in bed te slapen. Maar als deze rare geluiden horen, schrikken ze en sluipen ze één voor één uit hun bed.
Terwijl een hongerige visser op de oever van de rivier van onze stad zijn lijntje uitgooide, zwom een verdwaalde vis voorbij. Ook de vis had een lege maag.
In dit zesde 'Vos en Haas'-kartonboek is het winter. Als Vos en Haas opstaan sneeuwt het dikke vlokken. Zij haasten zich naar buiten en maken ieder een sneeuwpop.
Alfred woonde in zijn eentje hoog boven in de hijskraan bij de haven, want niemand miste hem. Hij werkte van 's ochtends vroeg tot 's avonds laat. Veel anders had hij toch niet te doen.